Afgelopen week stond het verzoek om de klok van de Westertoren ’s nachts niet meer te laten luiden op de agenda van de Amsterdamse gemeenteraad.

Dit verzoek was ingediend door een Engelsman die net naar Amsterdam was verhuisd. Dit leidde tot ophef in de wijk. Waarom kom je in deze wijk wonen als je niet tegen het geluid van de klok kunt? Dit had je van te voren kunnen weten. De klok staat er al honderden jaren en nu komt er een expat wonen en begint te klagen.

Geluidsoverlast van een kerk, het lijkt een vreemd voorval, maar toch komt het vaker voor. Maar moet een eeuwenoude traditie zomaar aan de kant worden geschoven voor één iemand die klaagt over geluidsoverlast? Is het niet aan deze persoon om eerst onderzoek te verrichten voordat je er komt wonen.

Wat is geluidhinder?

Het luiden van kerkklokken is een vorm van onversterkt geluid produceren (ECLI:NL:RVS:2011:BP8760). Omwonenden kunnen hiervan geluidhinder ondervinden. Maar wat is geluidhinder precies?

Geluidhinder is het gevaar, schade, of hinder, als gevolg van geluid (artikel 1.1 Wet Milieubeheer). Bij schade moet gedacht worden aan gehoorbeschadiging en schade aan de gezondheid zoals slaapstoornissen en psychische stoornissen. Hinder kan ontstaan door geluiden, die boven het gemiddelde omgevingsgeluid uit te horen zijn. Naarmate het geluidsniveau stijgt, des te meer hinder, slaapverstoring en andere gezondheidseffecten zullen optreden.

’s Nachts zal het geluid van een kerkklok dus eerder als hinderlijk kunnen worden ervaren dan gedurende de dag als er meer omgevingsgeluid te horen zal zijn.

Zo is er eerder een uitspraak geweest over de Margarita Mariakerk in Tilburg waarbij is bepaald dat de klok van de Margarita Mariakerk niet elke woensdag om 7.15 uur mag worden geluid voor het vroege gebed. In deze zaak had de Tilburgse gemeenteraad de regels in de gemeentelijke verordening aangescherpt en gezegd dat het luiden van de klok tot 7.30 uur niet harder mag zijn dan 80 decibel. De gemeenteraad was volgens de rechtbank bevoegd om regels te maken over het geluidsniveau. De pastoor had deze regels overtreden en het college had hierop terecht gehandhaafd. De rechtbank volgt de pastoor niet dat de beperking van het geluid belijdenis van godsdienst onmogelijk maakt. Het argument dat hij het geluid van de klokken niet kan dempen, acht de rechter onvoldoende aannemelijk (ECLI:NL:RBBRE:2010:BO1112).

De conclusie die getrokken kan worden uit deze uitspraak is dat als het geval zich voordoet dat niet voldaan wordt aan het gestelde geluidsniveau (vastgesteld door de gemeenteraad) hierop gehandhaafd mag worden en de vrijheid van godsdienst dit niet in de weg hoeft te staan.

Als niet wordt voldaan aan het gestelde geluidsniveau mag hierop gehandhaafd worden.

Welke functie hebben de klokken?

Om te bepalen of en zo ja, op welke wijze geluidhinder door kerkklokken kan worden gereguleerd, is het van belang om vast te stellen wat de functie van het klokgelui is. Hierbij zijn twee functies te onderscheiden:

  1. Gaat het om het oproepen van een geloofsgemeenschap (een religieuze functie)
  2. Gaat het om de tijd aan te geven of muziek ten gehore te brengen (informatieve en/of recreatieve functie).

Religieuze functie

In het geval van een religieuze functie heeft de Afdeling overwogen dat het klokgelui om kerkgangers op te roepen voor de dienst aangemerkt kan worden als een door artikel 6 Grondwet beschermde uiting tot het belijden van godsdienst (ECLI:NL:RVS:2011:BR1448). De kerkklokken mogen voor het oproepen tot gebed, huwelijk of begrafenis worden geluid. Dit recht is niet onbeperkt. De gemeenteraad is bevoegd om regels te stellen met betrekking tot duur en geluidsniveau. Deze regels kunnen worden vastgelegd in de gemeentelijke verordening (denk aan de APV). Zoals ook in de zaak van de Margarita Mariakerk, zo hierboven genoemd (ECLI:RVS:2011:BR1448). Wel moet deze inperking het recht op de vrijheid van godsdienst niet in de weg staan.

Informatieve en recreatieve functie

Bij een informatieve en recreatieve functie speelt artikel 6 Grondwet (het recht op de vrijheid van godsdienst) geen rol en zijn de mogelijkheden dus ruimer. Een carillon waar regelmatig muziek op wordt gespeeld, kan worden gekwalificeerd als een inrichting (in de zin van de Wet milieubeheer). Als er wordt geconcludeerd dat er sprake is van een inrichting, dan is ook het Activiteitenbesluit milieubeheer van toepassing. Uit het Activiteitenbesluit volgt dat de standaard opgenomen geluidsnormen niet bij de bepalen van de geluidsnorm van onversterkte muziek mag worden betrokken (artikel 2.18 Abm). De gemeenteraad mag in een verordening (denk aan de APV) bepalingen opnemen om geluidshinder van onversterkte muziek (zoals dat van kerkklokken) te voorkomen (artikel 2.18 lid 5 Abm). Zie hiervoor ook de uitspraak van de Afdeling (ECLI:NL:RVS:2011:BP8760).

Het luiden van kerkklokken onder de Omgevingswet

De vrijstelling voor het geluid van kerkklokken blijft bij inwerkingtreding van de Omgevingswet behouden. Deze vrijstelling wordt via de bruidsschat aan het omgevingsplan toegevoegd. Het is vervolgens aan de gemeenteraad om de tekst van die vrijstelling te behouden of, als dat in de lokale situatie nodig is, nadere regels te stellen. Daarbij kan het gemeentebestuur echter geen geheel verbod van klokgelui invoeren (conform artikel 10 Wet openbare manifestaties). Wel kunnen waar nodig regels worden gesteld over de duur en het geluidsniveau van dit geluid. In dat opzicht verandert er onder de Omgevingswet niet veel. Wel staat in de Omgevingswet het integraal denken en werken voorop. Denk bijvoorbeeld aan de burgerparticipatie. Ga eens het gesprek aan met de verschillende partijen. Misschien is het mogelijk om samen tot een oplossing te komen.