Op de helpdesk van Schulinck komt regelmatig de vraag binnen of een gemeente ook een dwangsom verschuldigd is, indien zij het onderzoek naar de persoonlijke situatie van een cliënt niet binnen de gestelde termijn van 6 weken heeft afgerond. Hierbij ga ik er vanuit dat de cliënt enkel een melding voor maatschappelijke ondersteuning heeft gedaan en nog geen aanvraag heeft ingediend (voorts is er geen sprake van een verzoek tot het verstrekken van een tijdelijke voorziening in verband met een spoedsituatie). In deze situatie is de gemeente geen dwangsom verschuldigd. Aan de overschrijding van de zes wekentermijn zijn namelijk geen juridische consequenties verbonden.

De Awb regelt in paragraaf 4.1.3.2 het al dan niet verschuldigd zijn van een dwangsom. Het college kan een dwangsom verschuldigd zijn indien niet tijdig wordt besloten op een aanvraag (artikel 4:17 Awb e.v.) of niet tijdig wordt beslist op een bezwaarschrift (artikel 7:14 Awb j.o. paragraaf 4.1.3.2 Awb). De cliënt moet hiertoe het college allereerst schriftelijk in gebreke stellen. Het college heeft nadien nog twee weken de tijd om een besluit te nemen. Laat de gemeente dit na, dan is zij een dwangsom verschuldigd voor elke dag dat het in gebreke is, doch voor ten hoogste 42 dagen.

Gelet op het voorgaande moet het dus gaan om het niet tijdig besluiten op een aanvraag/bezwaarschrift. Tijdens de onderzoeksperiode van 6 weken is nog geen sprake van een aanvraag. Uit de Wmo 2015 volgt dat de procedure om een voorziening op grond van de Wmo 2015 te verkrijgen, start met een melding. De gemeente heeft na de melding zes weken de tijd om het onderzoek af te ronden. Na 6 weken of na afronding van het onderzoek kan pas een aanvraag worden ingediend. De volgende 2 situaties kunnen zich voordoen:

  1. Het onderzoek is binnen 6 weken afgerond
    In deze situatie voldoet de gemeente aan de verplichtingen van de Wmo 2015 voor wat betreft de tijdigheid van het afronden van het onderzoek. De cliënt kan vervolgens een aanvraag indienen en de gemeente heeft 2 weken de tijd om te besluiten op de aanvraag voor een maatwerkvoorziening.
  2. Het onderzoek is niet binnen 6 weken afgerond
    De gemeente voldoet in deze situatie niet aan het vereiste om het onderzoek binnen zes weken af te ronden. In de memorie van toelichting is aangegeven dat het dan in de rede ligt dat het college hierover met de cliënt in overleg treedt. De cliënt kan instemmen met het uitstel van de afronding van het onderzoek. Indien de cliënt het niet eens is met het uitstel, bestaat geen mogelijkheid te verzoeken om een dwangsom wegens het te laat beslissen op een aanvraag. Er is immers nog geen sprake van een aanvraag in de zin van de Awb. Het  staat de cliënt overigens wel vrij om na zes weken een aanvraag in te dienen. Zodra de cliënt een aanvraag heeft ingediend,  moet het college binnen 2 weken een besluit nemen. Neemt het college binnen deze 2 weken geen besluit, dan kan de cliënt het college schriftelijk in gebreke stellen. De gemeente heeft vervolgens nog 2 weken de tijd om een besluit te nemen. Wordt een besluit nadien genomen dan is een dwangsom verschuldigd.

Kortom: gedurende de meldingsfase kan geen dwangsom wegens het niet tijdig beslissen verschuldigd zijn.