Eerst een minnelijk schuldregeling proberen en daarna pas naar de Wsnp. Dit is de standaard route die wordt voorgeschreven in de wet.
Maar wat als een minnelijke regeling bij voorbaat onhaalbaar lijkt? Denk bijvoorbeeld aan cliënten zonder afloscapaciteit. Of aan een onduidelijke schuldsituatie ontstaan door dakloosheid of echtscheiding. Maar ook aan de situatie dat een schuldeiser heel duidelijk aangeeft echt nooit mee te gaan werken aan een schuldregeling. Moeten de aanbodbrieven voor de schone schijn dan toch nog de deur uit? Het antwoord is gelukkig: nee, dat hoeft niet meer!

Want sinds 1 juli 2023 is in de wet opgenomen dat iemand direct toegelaten kan worden tot de Wsnp als “omstandigheden het onmogelijk maken om tot een buitengerechtelijke schuldregeling te komen[1]”. In deze opinie leg ik uit wat die omstandigheden zijn en wat er nodig is voor een direct Wsnp-verzoek.

Direct-Wsnp = overslaan minnelijk traject

Het woord zegt het eigenlijk al. Bij een direct Wsnp-verzoek kan je de minnelijke regeling overslaan en meteen door naar de Wsnp. De wetgever wil met deze wijziging vooral ruimte creëren voor gemeenten om sneller over te gaan naar een Wsnp-traject. Deze mogelijkheid bestond al, maar is sinds 1 juli via een @amendement verankerd in de wet.

Situaties waarin een direct Wsnp-verzoek mogelijk is

Om een direct Wsnp-verzoek te kunnen doen moet er sprake zijn van een situatie waarin het onmogelijk is om tot een schuldregeling te komen. Dat moet bij het verzoek ook onderbouwd worden. Natuurlijk moet de situatie van de cliënt wel stabiel zijn. Er zijn 3 situaties die zich hiervoor in ieder geval lenen.

  1. Schuldeiser gaat bij voorbaat niet akkoord
  2. Geen volledig beeld van de schulden
  3. Geen afloscapaciteit

Deze lijst is overigens niet limitatief. Aarzel in andere situaties dus niet om direct voor de Wsnp te gaan. Deze route is bedoeld voor alle gevallen waarin het niet mogelijk is om tot een schuldregeling te komen.

Aarzel niet en ga voor een direct Wsnp-verzoek

Wat staat er in een direct Wsnp-verzoek

Het moet voor de rechter duidelijk zijn waarom een minnelijke regeling niet mogelijk is. Daarom is een heldere en duidelijke toelichting in alle gevallen erg belangrijk. Per geval zijn er natuurlijk punten waar de schuldhulpverlener extra op moet letten. Hieronder zal ik deze punten per situatie uitleggen.

  1. Schuldeisers niet akkoord

Voor een minnelijke regeling is het akkoord van alle schuldeisers nodig. Als in het begin van de schuldhulp bekend is dat 1 of meer schuldeisers bij voorbaat al weigeren, verwijs dan de cliënt meteen door naar de Wsnp. Is er een vermoeden dat een schuldeiser gaat weigeren, schrijf dan alleen die schuldeiser aan. Zo wordt er kostbare tijd bespaard. Voeg de correspondentie toe waaruit blijkt dat de schuldeiser weigert en waarom.

  1. Geen volledig beeld van alle schulden

Soms is het onmogelijk om in korte tijd de schulden volledig in beeld te krijgen. Het heeft dan niet zo veel zin om een poging te wagen. Dit geldt bijvoorbeeld voor cliënten die dakloos zijn geweest of in een echtscheiding zitten.

Leg in het verzoek uit dat de schuldsituatie onduidelijk is. Toon aan wat er al is gedaan om de schulden zoveel mogelijk boven tafel te krijgen. Laat ook zien hoe lang een schuldenaar bezig is met zijn traject en welke trajecten zijn doorlopen. Maak duidelijk dat het risico dat onbekende vorderingen nog opduiken erg groot is. Laat bijvoorbeeld zien dat dit in de laatste maanden is gebeurd.

  1. Geen afloscapaciteit

De afloscapaciteit is het netto-inkomen minus het vrij te laten bedrag (Vtlb). Als er geen afloscapaciteit is, laat dat dan aan de hand van berekeningen zien. Laat ook zien waarom deze er ook niet zal zijn in de toekomst.

Wil een cliënt liever niet de Wsnp in? In dat geval is een Nulaanbod mogelijk.

Conclusie

Direct door naar de Wsnp is mooie manier om cliënten sneller te helpen. Er gaat geen tijd meer verloren. Hoewel er nog geen vaste regels zijn voor verschillende situaties is er veel mogelijk. Wel blijft het opletten, want een direct Wsnp-verzoek vraagt om een goede motivering. Het betrekken van de cliënt bij de keuze tussen een direct Wsnp-verzoek en andere opties, zoals het Nulaanbod, blijft ook belangrijk. Uiteindelijk is het doel om de meest effectieve en efficiënte route te vinden om de schuldproblematiek aan te pakken en een duurzame oplossing te bieden voor de cliënt.

Meer weten?

Wil je als gemeente op de hoogte blijven van alle actuele ontwikkelingen op het gebied van de Jeugdwet, Schuldhulpverlening, de Participatiewet of de Wmo? Neem dan een abonnement op onze Kennisbanken Schulinck Jeugd, Schulinck Participatiewet, Schulinck Schuldhulpverlening en/of Schulinck Wmo.

 

[1] Artikel 285 lid 1 sub f Fw