Belangrijkste oorzaak is de hoge jeugdwerkloosheid. In 2013 zat bijna een kwart van de jongeren in Europa zonder werk. Nu betreft de jeugdwerkloosheid volgens Lagarde nog altijd bijna een op de vijf jongeren. Het lukt het een groot deel van de jeugd niet om een baan te vinden of ze moeten genoegen nemen met een lager inkomen of een tijdelijke of parttime aanstelling.

Het gevolg is dat ongeveer een kwart van de jongeren maandelijks zo weinig binnenkrijgen, dat ze risico lopen op armoede. Wat ook meespeelt is dat het sociale vangnet en het pensioensysteem in veel landen erg gericht zijn op de wat oudere generaties, en niet op de jeugd.

In een blog betreurt Lagarde de ontstane situatie. Europa is weliswaar niet de regio in de wereld waar jongeren het het moeilijkst hebben, maar de grotere kloof tussen generaties is hier wel opvallend. Over de gehele linie is de inkomensongelijkheid in Europa de afgelopen tien jaar namelijk nauwelijks toegenomen, aldus de IMF-baas die deze week op de topbijeenkomst van het World Economic Forum (WEF) is in het Zwitserse Davos.

Wat beleidsmakers nu te doen staat, is volgens de Française helder: zorg dat er meer banen komen voor jongeren. Dit kan bijvoorbeeld door de belastingen en sociale bijdragen voor de lagere lonen wat te verlagen. Ook zouden overheden er aan kunnen werken om jongeren betere bescherming te geven wanneer ze hun baan kwijtraken.

Een derde punt vormen de vermogensbelastingen. Die zijn in sommige landen nu zelfs lager dan in 1970. Lagarde vindt het beter als jongeren relatief wat minder vermogensbelasting hoeven neer te tellen en ouderen wat meer.

Als er niets wordt gedaan, dan zou het zomaar kunnen dat een hele generatie in Europa nooit meer helemaal herstelt, vreest Lagarde. Gelukkig zijn er ook landen waar de overheid inmiddels wel de goede weg is ingeslagen, bijvoorbeeld Duitsland of Portugal. Nederland wordt in de blog niet genoemd.