De jongeren zijn kinderen in de leeftijd van 12 tot 18 jaar. Zij zijn jarenlang blootgesteld aan trauma’s, zoals ernstige verbale en fysieke mishandeling, verslaving, loverboy-problematiek en prostitutie. Deze jongeren leiden vaak aan persoonlijkheids- en hechtingsproblematiek en zijn soms zelfs suïcidaal. Het gaat om jongeren die zich onttrekken aan de hulpverlening of onttrokken worden én vaak al meerdere plaatsingen in een kleine voorziening hebben gehad waarbij het niet is gelukt om de bedreiging in ontwikkeling af te wenden en de veiligheid die nodig is te organiseren.

De advocatuurheeft een brandbrief naar de betrokken gemeenten gestuurd. Daarin staat dat de gesloten jeugdhulp in Noord-Holland Noord moet blijven en dat het voorgenomen besluit in strijd is met de fundamentele kinderrechten.

De Jeugdwet

Op 1 januari 2015 is de Jeugdwet in werking getreden. Eén van de belangrijkste pijlers van de Jeugdwet is het versterken van de eigen kracht van de jongere én het zorgend en probleemoplossend vermogen van diens gezin en sociale omgeving te vergroten (zie de Memorie van Toelichting op de Jeugdwet, d.d. 1 juli 2013, pagina 2.). Het plan van de gemeenten is strijdig met dit gedachtengoed. Ouders zullen noodgedwongen aanzienlijk minder of helemaal niet meer betrokken worden bij de behandeling van de jongere. De reisafstand en de reiskosten belemmeren dit. Ouders zijn doorgaans afhankelijk van openbaar vervoer of vervoer door derden en hebben (te) weinig financiële ruimte voor het betalen van de reiskosten. Daardoor zal er letterlijk en figuurlijk een afstand ontstaan tussen de jongere, zijn ouders en broertjes en zusjes. Dit terwijl het gerechtshof Den Haag recentelijk heeft geoordeeld dat de overheid ervoor moet zorgen dat het familieleven zoveel als mogelijk gehandhaafd blijft. Het hof Den Haag verwijst naar een [info1: uitspraak] van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens waaruit volgt dat staten weliswaar een grote vrijheid hebben in kinderbeschermingszaken, maar tevens een grote verantwoordelijkheid hebben bij het bevorderen van contact tussen kinderen en hun ouders. Het voorgenomen besluit van de gemeenten voldoet niet aan dit recht op family life (artikel 8 EVRM en artikel 5 IVRK).

Terugkeer naar huis

Een belangrijk doel van een machtiging uithuisplaatsing is het terugwerken naar huis. Gedurende de machtiging gesloten jeugdhulp wordt het verlof naar huis zorgvuldig begeleid en opgebouwd. Gebeurt dit niet, dan valt een jongere makkelijk terug in “oud probleem gedrag” waardoor de thuisplaatsing mislukt. Wordt een jongere buiten de regio geplaatst, dan zal er niet, althans aanzienlijk minder doordeweeks geoefend kunnen worden met verlof, hetgeen de terugkeer naar huis ernstig bemoeilijkt. Dit is strijdig met artikel 3 IVRK.

Onderwijs

Binnen Transferium biedt De Spinaker onderwijs. Zij heeft dependances buiten Transferium en een hecht samenwerkingsverband met alle scholen in Noord-Holland Noord. Vanuit De Spinaker vindt er een “warme overdracht” plaats naar de vervolgopleiding. Verblijft een jongere buiten de regio, dan zal hij/zij na het beëindigen van de gesloten plaatsing, overgeplaatst worden naar een voor hem vreemde school in Noord-Holland Noord. Deze wisseling is schadelijk voor de leerprestaties en de sociale en cognitieve ontwikkeling van een jongere.

Zichtbaarheid

Ook de afstand tussen de advocaten en de jongeren wordt groter. Vanwege de reisafstand is het niet langer haalbaar de jongere extra te bezoeken of aan te sluiten bij een bespreking. Dit zal ten koste gaan van de kwaliteit en zichtbaarheid van de rechtsbijstand, dit terwijl een veel gehoorde klacht vanuit de jongeren is dat te veel óver hen en te weinig mét hen wordt gesproken.

Zitting op locatie

De zitting gesloten jeugdhulp vindt plaats op Transferium. Bij die zitting zijn de jongere, de ouders, de kinderrechter, de advocaat en de behandelaars aanwezig. De zitting is informeel waardoor jongeren zich snel op hun gemak voelen. Omdat alle betrokkenen aanwezig zijn, kan er door de rechtspraak maatwerk worden geleverd.
Sluit Transferium zijn deuren, dan vindt de zitting in het gerechtsgebouw plaats. De jongere wordt met een busje van DV&O naar het gerechtsgebouw vervoerd, moet uren reizen en wachten in het cellencomplex van het gerechtsgebouw voordat de zitting begint. De jongeren voelen zich “als boeven behandeld”, terwijl zij op civiele gronden gesloten verblijven. Dit staat op gespannen voet met artikel 3 IVRK. 

Verdwijnen expertise

De vrees bestaat dat de expertise uit de regio verdwijnt, terwijl afgelopen jaren fors is geïnvesteerd in de samenwerking tussen de verschillende ketenpartners. Deze samenwerking op regionaal niveau is onontbeerlijk voor het behandeltraject van de jongere, omdat multidisciplinair overleg vaak leidt tot creatieve en praktische oplossingen binnen het (regionale) netwerk van de jongere.

Conclusie

Gelet op het vorenstaande meent de advocatuur1 dat het in het belang van de jongeren is dat de gesloten jeugdhulp (en bijbehorende expertise) in Noord-Holland Noord blijft.

1De Werkgroep van Jeugdrechtadvocaten Alkmaar bestaande uit: mr. N.J.M. Plat en mr. E.F.E. Hoekstra (con-tactpersonen) en mr. C. Teerenstra, mr. E. van Meeteren, mr. A.J.J. van der Heiden, mr. Bos, mr. M. Boerwin-kel, mr. C.C. Nwosu, mr. E. Boskma, mr. E. Warmerdam, mr. G.E. Helder, mr. mr. J.A. van der Lem, mr. G. Lieffijn, mr. J.H.F. Overkleeft, mr. J.M. Neervoort, mr. J.L.P. Mentink, mr. J.J. Jorna, mr. M.E. Terhorst, mr. M.R. Ploeger, mr. M. van der Weide, mr. N.A.M. Oor, mr. P.A.J. van Putten, mr. P. Heijnen, mr. R. Polderman, mr. T.J.E. op de Weegh, mr. R. Wortelboer.