In een brief die staatssecretaris Sander Dekker (Onderwijs) vrijdagavond aan de Tweede Kamer stuurde, schrijft hij dat hij geen ‘noodzaak’ ziet in verdere ‘intensiveringen’ van dat geld. De PO-Raad vindt dit onbegrijpelijk en onverantwoord. De kinderen hebben extra ondersteuning nodig om de taal te leren, om achterstanden weg te werken en speciale hulp om hun trauma’s te verwerken. Het kost zeker twee jaar voordat zij goed kunnen aansluiten bij hun Nederlandse klasgenoten en de school echt aan het geven van onderwijs toekomt. Voor de extra leraren, scholen, materialen en ruimte wat dit kost is, is nu te weinig geld beschikbaar.

Peiling
Uit een peiling van de PO-Raad bleek in april dat scholen in het primair onderwijs geld tekort komen voor onderwijs aan vluchtelingenkinderen. Tweederde van de scholen legt er gemiddeld 850 euro per leerling op toelegt, bovenop de Rijksbekostiging. Dat gaat bovendien ten koste van de andere leerlingen.

Achterstanden
,,Het kabinet laat de vluchtelingenkinderen nu echt in de steek”, aldus Rinda den Besten, voorzitter van de PO-Raad. Daarmee creëert ze onnodige achterstanden bij deze leerlingen. Achterstanden die zij de rest van hun hele leven niet of nauwelijks meer inlopen. Niet alleen deze kinderen zijn het slachtoffer van de kortetermijnvisie van het kabinet, maar de hele maatschappij wordt de dupe als zij later op de arbeidsmarkt niet goed kunnen meekomen.”

Niet investeren
Met zijn afwijzing legt Dekker een opdracht van de Tweede Kamer naast zich neer. Die nam eerder nog een motie aan om scholen twee jaar te bekostigen. Zijn besluit is nog eens extra opvallend omdat de Inspectie van het Onderwijs onlangs een rapport presenteerde waaruit bleek dat de kansenongelijkheid van kinderen in Nederland groeit. Dat komt doordat niet alle kinderen in gelijke mate van het onderwijs profiteren. Door niet in vluchtelingenkinderen te investeren wordt die kloof alleen maar groter, vindt de PO-Raad.