De overheid moet zich bij het opstellen en uitvoeren van beleid meer focussen op het gevoel van grip onder burgers. Burgers moeten het gevoel hebben dat zij controle hebben over hun leven, bijvoorbeeld als het aankomt op werk, wonen en hun sociale leven. Gebeurt dat niet, dan “kan dat leiden tot meer gezondheidsproblemen, eerder overlijden, meer maatschappelijk onbehagen en mogelijk zelfs complotdenken”, schrijft de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) in een rapport dat donderdag wordt gepresenteerd.

Volgens de raad is de huidige focus in de politiek op bestaanszekerheid “belangrijk, maar te beperkt”. “Burgers moeten zoveel mogelijk kunnen beschikken over de middelen, mogelijkheden en rechten om hun levensdoelen te kunnen realiseren.” Om burgers het gevoel te geven dat hun “levensdoelen” (goede baan, betaalbare en prettige woning) binnen bereik zijn, is voldoende inkomen, goede toegang tot onderwijs en de arbeidsmarkt essentieel, aldus de WRR.

Maar het gevoel van grip kan voor burgers ook op andere manieren worden vergroot, schrijft de WRR, bijvoorbeeld door het voor werknemers makkelijker te maken zelf te kiezen welke uren ze werken of om de regels rondom de huizenruil van sociale huurwoningen te versoepelen. Ook invloed op de leefomgeving, zoals zeggenschap bij de aanleg van windmolenparken, kan bijdragen aan het gevoel van ‘persoonlijke controle’, schrijft de raad. Het bestaan van vakbonden, coöperaties, belangenorganisaties en burgerinitiatieven is “ook een middel tot grip”, aldus de raad.

De raad waarschuwt dat een tekort aan grip zowel slecht kan uitpakken voor individuele burgers als voor de samenleving. “WRR-onderzoek laat ook zien dat een gebrek aan persoonlijke controle kan leiden tot meer maatschappelijk onbehagen. Bovendien zijn er steeds meer aanwijzingen dat mensen die zich bedreigd voelen in hun controle, vatbaarder zijn voor wij-versus-zij-denken. En zij lijken eerder een voorkeur te hebben voor sterke leiders die het niet zo nauw nemen met de democratische regels.” Op individueel niveau leidt minder grip tot minder geluk en gezondheid en zelfs eerder overlijden, concludeert de raad.

Het rapport beveelt de politiek aan minder te kijken naar ‘koopkrachtplaatjes’ en meer naar zogeheten ‘gripplaatjes’. “Wat betekent beleid voor het totaal aan factoren dat van invloed is op ieders ‘grip op het leven’?” is een vraag die de overheid zichzelf meer zou moeten stellen tijdens het maken van beleid, aldus de WRR.