Het prijsplafond sluit niet altijd goed aan bij huishoudens die een collectieve gas-, warmte- of elektriciteitsaansluiting (blokaansluiting) hebben. Het kabinet werkt daarom al langere tijd met spoed aan een alternatieve regeling om ook deze groep te helpen met de hoge energieprijzen. Minister Jetten en staatssecretaris Van Rij hebben de Tweede Kamer op 16 december geïnformeerd over de uitwerking. De regeling zal bestaan uit een vast bedrag per wooneenheid, vergelijkbaar met de gemiddelde hoogte van de tegemoetkoming van het prijsplafond. Het definitieve bedrag en de startdatum worden nog bepaald.

Alternatieve regeling voor prijsplafond

De regeling geldt zowel voor zelfstandige wooneenheden, zoals een appartement dat gebruik maakt van collectieve warmte via de VVE, als onzelfstandige wooneenheden, zoals een kamer in een studentenhuis of woonzorginitiatief. Naar schatting gaat het in totaal om zo’n 700.000 huishoudens. De VVE, woningcorporatie of verhuurder moet de tegemoetkoming voor de betrokken huishoudens aanvragen.

Vast bedrag per huishouden of wooneenheid

De regeling zal bestaan uit een vast bedrag per wooneenheid (zoals een appartement of studentenkamer). Dat betekent dat de hoogte van de tegemoetkoming los staat van het energieverbruik. De tegemoetkoming zal bestaan uit een vast bedrag voor collectieve externe warmte (zoals een warmtenet), of zelf geproduceerde warmte (zoals een collectieve gasketel) en/of voor collectieve elektriciteit.

Het kabinet wil voor de hoogte van de tegemoetkoming wel een onderscheid maken tussen zelfstandige- en onzelfstandige woningen. Het energieverbruik van één kamer, bijvoorbeeld in een studentenhuis, ligt gemiddeld lager dan dat van een volledige woning. Het kabinet overweegt daarbij een ondergrens voor een minimaal aantal wooneenheden (zoals studentenkamers) per aansluiting, omdat een aansluiting met een klein aantal eenheden naar verwachting voldoende wordt geholpen door het prijsplafond.

Het kabinet werkt de precieze hoogte van de tegemoetkoming momenteel uit. Deze zal zo goed mogelijk aansluiten bij de tegemoetkoming die andere huishoudens met het prijsplafond krijgen en zal per halfjaar meebewegen als de energieprijzen stijgen of dalen. De regeling zal op een later moment ingaan en met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2023 gelden. Het bedrag voor zelfstandige wooneenheden met blokelektriciteit wordt daarnaast met 380 euro verhoogd omdat deze huishoudens geen gebruik hebben kunnen maken van de 190 euro regeling in november en december. Voor onzelfstandige eenheden komt er ook een soortgelijke tegemoetkoming op basis van het gemiddelde gebruik van deze groep.

Vervolg

Het kabinet werkt de regeling met spoed verder uit en verwacht de regeling medio februari te publiceren. De uitvoering wordt onder regie van de Belastingdienst parallel aan de verdere uitwerking voorbereid, zodat de regeling zo snel mogelijk na de afronding van start kan gaan. De startdatum wordt later bekend gemaakt.