Gemeenten zijn niet altijd even blij met de onderzoeken van de gemeentelijke rekenkamer. Er wordt zelfs politieke druk uitgeoefend op leden van de rekenkamer. Politici dreigen dan met een budgetverlaging voor de rekenkamer of proberen te voorkomen dat een rekenkamerrapport op de raadsagenda komt te staan. Ambtenaren weigeren benodigde stukken aan te leveren, zo heeft 15,4 procent van de huidige rekenkamerleden wel eens meegemaakt. Van de oud-voorzitters van rekenkamers meldt 38,6 procent politieke druk.

Dat blijkt uit een onderzoek dat onderzoekscollectief Spit voor het vakblad Binnenlands Bestuur heeft gedaan naar het reilen en zeilen van rekenkamers. Het collectief stuurde 292 rekenkamers een vragenlijst en kreeg er tachtig ingevuld terug. Ook zijn 107 oud-voorzitters van rekenkamers aangeschreven. Van hen vulden 45 personen de enquête in.

Sinds 2006 moet elke gemeente een rekenkamer hebben. Het orgaan ondersteunt de gemeenteraad bij het controleren van het college van burgemeester en wethouders, de uitvoerende macht in een gemeente. Uit een onderzoek van het ministerie van Binnenlandse Zaken is gebleken dat er in totaal 250 rekenkamers in Nederland actief zijn. Dat komt doordat sommige kleine gemeenten samenwerken. In 32 gemeenten is helemaal geen rekenkamer.

Gemiddeld doen de rekenkamers per jaar een tot drie onderzoeken naar gemeentelijke besluitvorming. Bijna 40 procent van dat onderzoek wordt uitbesteed aan externe partijen, 30 procent van het onderzoek wordt deels extern en deels zelf gedaan en in 23 procent van de gevallen doet de rekenkamer zelf onderzoek. Er is geen voorgeschreven budget voor rekenkamers. De norm is een euro per inwoner. Veel rekenkamers vinden dat weinig. Ze zouden meer onderzoek doen als er meer budget was.

Binnenlandse Zaken wil bij wet regelen dat er in de toekomst alleen nog maar externe leden in een rekenkamer zitten. Nu zitten er in de meeste rekenkamers ook raadsleden, maar dat is “alsof de slager zijn eigen vlees keurt”, menen critici. Bijna de helft van de huidige rekenkamerleden is voorstander van alleen onafhankelijke leden. Maar ruim 31 procent meent dat de binding met de raad zeer noodzakelijk is om goed onderzoek te kunnen doen.