In januari 2024 waren er nog altijd 1.500 kinderen zonder vaste jeugdbeschermer. Dit terwijl er minder maatregelen door de rechter zijn opgelegd en er meer nieuwe medewerkers zijn gekomen bij de gecertificeerde instellingen (GI’s) tussen mei 2023 en januari 2024. Uit de monitoringscijfers 2023 van de GI’s blijkt dat het slechts vier van de dertien instellingen lukt om zonder wacht- of doorstroomlijst te werken. De inspecties vinden het zorgelijk dat er zeven instellingen zijn waar structureel meer dan honderd kinderen op de wacht- of doorstroomlijst staan. Het beeld van de problemen bij de GI’s en het stelsel blijft zeer zorgelijk en biedt weinig hoop.

Dat schrijft de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) in afstemming met de Inspectie Justitie en Veiligheid (IJenV) in de eerste editie van 2024 van ‘Signalen jeugdbeschermingsketen’.

De inspecties vinden dat het werken volgens het ‘Handelingsperspectief en veldnorm bij onderbezetting Gecertificeerde Instellingen (GI’s)’ niet toereikend. De inspecties maken zich zorgen over het effect van deze werkwijze voor kinderen en hun gezinnen. Kinderen met een jeugdbeschermingsmaatregel staan namelijk op een wacht- of doorstroomlijst. Dit is volgens de Jeugdwet niet toegestaan. Want dat betekent dat ze geen vaste jeugdbeschermer hebben, waardoor de GI niet kan bieden wat het kind nodig heeft. Onlangs hebben de GI’s aangegeven te blijven werken met (een variant op) het handelingsperspectief.
Vanaf najaar 2022 handhaven de inspecties niet op overtreding van de Jeugdwet bij instellingen als de oorzaak van het niet naleven van wet- en regelgeving in stelselproblematiek ligt. Wel blijven zij de ontwikkelingen in het jeugdbeschermingsveld signaleren. Via onder andere de signalen Jeugdbeschermingsketen vragen de inspecties aandacht voor de effecten en de ernstige situatie voor kinderen en gezinnen van de crisis in de jeugdbeschermingsketen. De inspecties maken zich zorgen over de ontwikkelingen in de werkwijze van de GI’s. De inspecties gaan hun toezichtstrategie zo inrichten dat er (meer) zicht komt op de effecten van wacht- en doorstroomlijsten op kinderen en gezinnen.