De provincie Drenthe onderzoekt of er een moratorium kan worden ingesteld op de uitbreiding van de lelieteelt, zodat er voorlopig geen nieuwe leliebedrijven bijkomen. Gedeputeerde Gert-Jan Schuinder noemt dit echter “een uitdaging” en vraagt om vertrouwen van de Provinciale Staten om dit aan te pakken.
De provincie wil met gemeenten, telers en andere betrokkenen in gesprek over knelpunten rond de lelieteelt, vooral vanwege zorgen van omwonenden over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en mogelijke gezondheidsrisico’s.
Lelietelers zullen in de toekomst minder bestrijdingsmiddelen moeten gebruiken en moeten kunnen aantonen dat hun activiteiten geen schadelijke gevolgen hebben voor de natuur; zo niet, dan is een vergunning verplicht. De provincie werkt samen met het ministerie van Landbouw en het Interprovinciaal Overleg (IPO) aan een toetsingskader dat eind dit jaar klaar moet zijn.
Hoewel Statenfracties kritiek hebben, bijvoorbeeld dat de plannen te weinig aandacht geven aan de bescherming van mensen, is men over het algemeen positief over de eerste stappen. Schuinder benadrukt dat het beleid nog in ontwikkeling is en dat de provincie proactief het gesprek aangaat met verschillende partijen.
De plannen volgen op een uitspraak van de Raad van State, die bepaalde dat voor lelieteelt nabij natuurgebieden een natuurvergunning nodig is. Milieudefensie had de zaak aangespannen vanwege zorgen over de impact van gewasbeschermingsmiddelen op de natuur. Drenthe wil nu, samen met het ministerie en IPO, verder onderzoek laten doen naar die effecten.