Nadat in maart van dit jaar de inwerkingtredingsdatum van de Omgevingswet is vastgesteld, zijn nu in overleg met het Interprovinciaal Overleg (IPO), de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Unie voor Waterschappen de overgangstermijnen bepaald.

Zo geldt voor de waterschapsverordening bijvoorbeeld een termijn van 2 jaar. Dit houdt in dat waterschappen op uiterlijk 1 januari 2026 zo’n verordening moeten hebben vastgesteld in overeenstemming met de wet. Voor gemeenten geldt een termijn van 3 jaar voor de vaststelling van de gemeentelijke omgevingsvisie (1 januari 2027) en een termijn van 8 jaar voor de vaststelling van het omgevingsplan (1 januari 2032).

Voortgang omgevingsplan gemeenten

Belangrijk is dat de voortgang die gemeenten maken met het omgevingsplan, jaarlijks wordt gemonitord. Na 3 jaar wordt mede in afstemming met de VNG bezien of de termijn voor de vaststelling van het omgevingsplan moet worden heroverwogen. Dan wordt ook bekeken of aanvullende actie nodig is, bijvoorbeeld in de vorm van extra ondersteuning. De genoemde termijnen zijn vastgelegd in het Koninklijk Besluit dat is uitgegeven in Stb. 2023, 267