In de twintig grootste plattelandsgemeenten moeten in 2021 zo’n 100.000 deelauto’s komen. Zowel organisaties, bedrijven als huishoudens kunnen auto’s ter beschikking stellen om te delen met anderen.

Minister Stientje van Veldhoven (Milieu) tekent hiervoor een akkoord met tal van partijen en de gemeenten. In steden zijn al veel deelauto’s, “maar het is juist ook een oplossing voor regio’s waar afstanden langer zijn”, zegt de bewindsvrouw.

Volgens onderzoek van de stichting Natuur & Milieu staat een auto gemiddeld 23 uur per dag stil. Autodelen zorgt niet alleen voor 8 tot 13 procent minder uitstoot van koolstofdioxide (CO2), ook verlaagt het de parkeerdruk, aldus Van Veldhoven.

In 2019 zijn er zo’n 115.000 autodelers bijgekomen ten opzichte van 2018. Dit jaar maken zo’n 515.000 mensen gebruik van een deelauto. Dat aantal moet exponentieel groeien de komende jaren: zo’n 700.000 autodelers gaan gebruik maken van de deelauto’s die er in de plattelandsgemeenten bijkomen, schat het kabinet.

De gemeenten die meedoen zijn Aa en Hunze, Berkelland, Borger-Odoorn, Bronckhorst, De Fryske, Marren, Goeree-Overflakkee, Hof van Twente, Het Hogeland, Hollands-Kroon, Horst aan de Maas, Hulst, Medemblik, Midden-Drenthe, Opsterland, Ooststellingwerf, Peel en Maas, Schouwen-Duiveland, Sluis, Twenterand en Westerveld.