De veertien Nederlandse provincies en regio’s die verantwoordelijk zijn voor het busvervoer krijgen vanaf komend jaar 40 miljoen euro om schone bussen te kopen. Het kabinet trekt extra geld uit voor zo’n 800 tot 1600 elektrische bussen en bussen op waterstof, heeft het ministerie van Economische Zaken en Klimaat aangekondigd.

“De gezamenlijke ambitie is om in 2030 helemaal schoon te rijden”, zegt demissionair staatssecretaris Stientje van Veldhoven in een verklaring bij de aankondiging. “Maar je ziet ook dat veel OV-partijen op dit moment, door de effecten van corona, aanhikken tegen de benodigde investeringen.” De schone bussen zijn duurder in de aanschaf, maar kosten vervolgens minder om te laten rijden.

Volgens het ministerie is nu al ongeveer een kwart van de bussen in het stads- en streekvervoer schoon. Dat betekent dat dankzij de regeling straks ongeveer 40 tot 50 procent van de busvloot op accu’s of waterstof rijdt – ervan uitgaande dat de totale vloot even groot blijft. De regeling loopt tot en met 2024. Daarna is er nog vijf jaar om de rest van de bussen te vervangen.

Vanaf 1 januari kunnen de regio’s een aanvraag indienen om aanspraak te maken op het geld. Ze moeten dan laten zien dat per nieuwe bus ten minste 45.000 “dieselkilometers” worden bespaard. Het idee is dat nu ook geïnvesteerd wordt terwijl de al verstrekte vergunningen voor het openbaar vervoer (de zogenoemde concessies) nog lopen. Normaal gebeurt dat vooral als er nieuwe concessies afgesloten worden.

Van Veldhoven benadrukt dat schonere bussen niet alleen van belang zijn om de klimaatdoelen te halen. “Want stillere en uitstootvrije bussen zijn fijn voor de reiziger, de chauffeur en voor omwonenden met schonere lucht en minder herrie.”