Lokale plannen voor opwekking van duurzame energie en voor duurzaam natuurbeheer vormen nogal eens aanleiding voor conflicten met en tussen bewoners. Die plannen botsen vaak met andere plannen, zoals woningbouw en het aantrekkelijk houden van het landschap. Het SCP onderzocht in Barstjes in de lokale gemeenschap. Conflicten over verduurzamingsplannen in de leefomgeving drie lokale conflicten tussen groepen burgers met verschillende opvattingen. Dit om inzicht te krijgen in de werking van lokale conflicten en hoe hier mee om te gaan. Deze conflicten ontstonden over de aanleg van een heideverbinding in het Goois Natuur Reservaat, de bouw van een zonnepanelenpark in Finsterwolde en het vrijhouden van ruimte voor een energielandschap in de polder Rijnenburg en Reijerscop bij Utrecht.

Moeilijk te voorkomen

Omwonenden voelen zich vaak overvallen door de plannen en hebben het idee dat ze voor een voldongen feit worden gesteld. Mensen willen niet alleen geïnformeerd worden, maar ook inspraak kunnen hebben waarmee, voor hun gevoel, daadwerkelijk wat mee gedaan wordt. En burgers of instanties die verduurzamingsplannen initiëren, zijn niet altijd voorbereid op weerstand of tegenspraak. Uit het onderzoek blijkt dat conflicten over verduurzamingsplanning moeilijk te voorkomen zijn. Wanneer bewoners met de overheid of met elkaar botsen, blijkt lastig te voorspellen. Een goed voorbereid inspraaktraject blijkt een conflict niet altijd te kunnen voorkomen. Daar zijn verschillende redenen voor. Het ontstaan van een conflict blijkt bijvoorbeeld samen te hangen met andere ergernissen over de lokale leefomgeving, en dat is niet altijd bekend bij de initiators van nieuwe plannen. In de onderzochte wijken en dorpen waren dat bijvoorbeeld een snelwegverbreding, megastallen en een prostitutiezone.

Soms te genezen

Het conflict over de heideverbinding in het Gooi leidde uiteindelijk tot een oplossing die voor- en tegenstanders acceptabel vonden. Daar hielp het dat een onafhankelijke procesbegeleider de conflicterende partijen bij elkaar aan tafel kreeg voor een intensief inspraaktraject. Met behulp van heldere afspraken over de manier waarop de uitkomsten van het traject zouden worden gebruikt, lukte het om de hoog opgelopen emoties te doen bedaren, om omgangsvormen ter discussie te stellen en om daarna tot een unaniem voorstel aan de initiator te komen. Dat lukt echter niet in alle gevallen. Zo bleek dat in de casus van het energielandschap Rijnenburg en Reijerscop een soortgelijke aanpak niet werkte, ook al werd dezelfde procesbegeleider gevraagd. Daar had de gemeente de beschikbare grond gereserveerd voor windmolens en zonnepanelen, in plaats van woningbouw. De randvoorwaarden en doelen van het gevoerde participatietraject bleven onvoldoende duidelijk voor betrokkenen. Bovendien kende het traject meerdere overlegplatforms, wat het moeilijker maakte de regie te houden. Bovendien bleef de lokale politiek verdeeld over de te maken keuzes, en dreigde de landelijke politiek steeds te interveniëren. Dat maakt het moeilijk om het conflict tussen burgers te beslechten.

Een verscheurde gemeenschap?

Lokale conflicten kunnen jarenlang spelen. Vaak worden herinneringen aan eerdere conflicten in de streek weer opgehaald en heerst er ontevredenheid over de manier waarop de politiek met het conflict omgaat. Door dit soort samenspel van gebeurtenissen, lopen de spanningen tussen voor- en tegenstanders van de plannen nogal eens hoog op. Dat leidde in de onderzochte casus in Groningen uiteindelijk tot verbroken vriendschappen, uiteengevallen borrelclubs, en tot buren die elkaar niet meer groeten op straat. Het maakte ook dat het niet lukte een nieuw bestuur te kiezen voor de vereniging Dorpsbelangen, dat aanvoelde als een brede vertegenwoordiging van de dorpsgemeenschap. Uit dat laatste blijkt dat dit soort conflicten ook lokale instituties kunnen raken. In dit rapport spreken we in dat soort gevallen van ‘barstjes’ in de gemeenschap. Media-aandacht en berichtgeving over ‘verscheurde gemeenschappen’ passen voor veel betrokkenen echter niet bij het beeld en voegen alleen maar extra druk toe in het conflict.

Altijd leren van conflicten

Al zijn conflicten moeilijk te voorkomen, we kunnen er wel van leren. Nederland staat de komende jaren nog voor een aantal grote opgaven, zoals energietransitie, woningbouw, biodiversiteitsherstel en het behoud van een aantrekkelijk landschap. Deze opgaven worden nog lang niet altijd in samenhang bekeken, zoals blijkt uit termen als ‘energielandschap’, waarin één thema centraal staat in de benadering van de publieke ruimte. Op de plekken waar die maatschappelijke opgaven zich vertalen in concrete plannen, komt die samenhang vaak aan het licht. Burgers laten dan ook andere maatschappelijke opgaven meewegen in hun kijk op de plannen en het conflict dat daarover kan ontstaan. Juist ook andere zorgen spelen een rol bij de houding van mensen in de onderzochte conflicten. Er leven verschillende aannames over redenen waarom mensen in verzet komen, die niet altijd kloppen. Dat geldt bijvoorbeeld voor het beeld dat weerstand en conflicten alleen te maken hebben met specifieke belangen. Er moet meer vanuit het dagelijks leven van mensen worden gedacht om erachter te komen wat hen echt drijft. De een gaat grootschalige woningbouw meer aan het hart, terwijl de ander meer heeft met verduurzaming. Natuurlijk zijn er mensen die liever woningen zien verrijzen dan windmolens, omdat zij al lang wachten op een passende woning. Daarnaast laten mensen echter de maatschappelijke opgaven die spelen ook meewegen in hun kijk op de plannen, en het conflict dat daarover kan ontstaan.

Over het onderzoek

Barstjes in de lokale gemeenschap is een kwalitatief onderzoek dat drie casussen omvat waarin een lokaal conflict over de leefomgeving centraal staat. Centraal staat hoe mensen daar mee omgaan, en wat dat met hen doet.