De VNG, het ministerie van VWS, huisartsen en jeugdartsen hebben nieuwe afspraken gemaakt om kinderen en gezinnen sneller passende hulp te bieden. De afspraken versterken de samenwerking in de jeugdhulp en geven gemeenten meer grip op de instroom en sturing op kwaliteit.

Wat betekenen de afspraken voor gemeenten?

Gemeenten werken dagelijks samen met verschillende verwijzers, zoals huisartsen, jeugdartsen en medisch specialisten. Dat maakt het lastig om grip te houden op de instroom in de jeugdzorg. De nieuwe afspraken moeten die samenwerking vereenvoudigen en de lokale regie versterken. Zo spreken partijen af dat huisartsen, waar mogelijk, verwijzen naar door gemeenten gecontracteerd aanbod en dat jeugdconsulenten de huisarts ondersteunen bij het verduidelijken van de hulpvraag.

Bekijk de nieuwe afspraken

Advies commissie Van Ark

De afspraken sluiten aan bij het advies van de commissie Van Ark om de toegang tot jeugdhulp beter te organiseren en de instroom te reguleren.

Belangrijke schakel in de jeugdhulp

Huisartsen zijn vaak het eerste aanspreekpunt voor gezinnen. Een goede aansluiting met lokale teams en jeugdconsulenten bepaalt of jongeren tijdig de juiste ondersteuning krijgen. In de Hervormingsagenda Jeugd 2023-2028 is daarom afgesproken dat iedere huisarts een vast aanspreekpunt in het lokale team krijgt en dat steeds vaker jeugdconsulenten of POH-ggz jeugd in huisartsenpraktijken aanwezig zijn. Daarmee wordt lichte hulp laagdrempelig beschikbaar en kan escalatie van zorg worden voorkomen.

Volgende stap: besluitvorming bij VNG

De nieuwe samenwerkingsafspraken worden naar verwachting op 11 december voorgelegd aan de VNG-commissie Zorg, Jeugd en Onderwijs. Gemeenten besluiten dan over de invoering en lokale verankering van de afspraken. Daarmee wordt een volgende stap gezet in de uitvoering van de Hervormingsagenda Jeugd: één stevig lokaal netwerk waarin gemeenten, huisartsen en andere professionals samen optrekken om gezinnen sneller passende hulp te bieden.