Volgens de voorlopige inschatting in de Monitor Energiearmoede van TNO en CBS leven in 2024 510.000 huishoudens in energiearmoede. Dit zijn bijna 180.000 huishoudens meer dan in 2023. De stijging komt vooral door hogere energieprijzen en het stoppen van tijdelijke steunmaatregelen zoals de energietoeslag en het prijsplafond.
Ontwikkelingen volgens de monitor energiearmoede
- Het aantal energiearme huishoudens ligt nog altijd lager dan in 2019, mede door verduurzaming van woningen, gedragsaanpassing en hogere inkomens.
- Huishoudens in slecht geïsoleerde woningen met lage inkomens blijven kwetsbaar, maar deze groep neemt langzaam af door verduurzaming.
- Ook de ‘risicogroep’ (net boven de grens) en huishoudens die te weinig energie gebruiken, hebben blijvende aandacht nodig.
Ondersteuning van huishoudens in energiearmoede
Het kabinet richt zich op drie sporen: inkomensondersteuning, verduurzaming en een toegankelijke energiemarkt. Belangrijke maatregelen zijn:
- Verlaging van de energiebelasting op gas en reservering van 600 miljoen euro voor verlaging via de belastingvermindering.
- Voortzetting en uitbreiding van steunmaatregelen voor lage inkomens, zoals de subsidie aan het Tijdelijk Noodfonds Energie (2025).
- Lokale en landelijke verduurzamingsprogramma’s zoals SPUK Aanpak Energiearmoede en het Nationaal Isolatieprogramma.
- Voorbereiding van het Social Climate Fund (update volgt na de zomer).