De rechtbank oordeelt (ECLI:NL:RBGEL:2023:4426) dat door toepassing van de beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijmegen ten onrechte de energietoeslag slechts eenmalig per adres wordt verstrekt als sprake is van meerdere rechthebbende aanvragers. Volgens de rechtbank maakt de gemeente Nijmegen op deze wijze een niet te rechtvaardigen onderscheid tussen meerdere bewoners die recht hebben op een energietoeslag en die op hetzelfde adres wonen.

De gemeente besloot dat een inwoner uit Nijmegen geen recht had op een eenmalige energietoeslag van 1.300 euro omdat een medebewoner op zijn adres de energietoeslag eerder had aangevraagd en kreeg toegekend. De inwoner was het hier niet mee eens en stelde onder meer dat de beleidsregels van de gemeente in strijd zijn met het gelijkheidsbeginsel.

Gelijke gevallen worden verschillend behandeld

Naar aanleiding van een uitspraak van de meervoudige kamer van rechtbank Gelderland van 5 augustus 2022 stelde de gemeente een beleidsregel vast op grond waarvan de energietoeslag eenmalig per adres wordt verstrekt aan de eerste rechthebbende aanvrager. De rechtbank oordeelt dat uit de beleidsregel volgt dat het mogelijk is dat op een adres meerdere personen kunnen wonen die aan alle voorwaarden van de energietoeslag voldoen, maar toch niet (allemaal) de energietoeslag krijgen toegekend. Volgens de rechtbank is er sprake van een ongelijke behandeling van vergelijkbare gevallen.

Geen rechtvaardiging voor het gemaakte onderscheid

De gemeente mag alleen gelijke gevallen verschillend behandelden als daar een objectieve rechtvaardiging voor is. De rechtbank oordeelt dat het gemaakte onderscheid niet gerechtvaardigd is. Met de beleidsregel wordt een volstrekt willekeurig onderscheid gemaakt tussen verschillende rechthebbenden op hetzelfde woonadres. Verder valt niet in te zien hoe de beleidsregels er aan bijdragen dat de energietoeslag terecht komt bij de doelgroep, namelijk de bewoners met een gestegen eigen energierekening. De beleidsregel is volgens de rechtbank ook geen passend en proportioneel middel om het doel – te weten een efficiënte regeling met beperkte financiële en administratieve lasten – te bereiken.

De beleidsregel om slechts 1 energietoeslag per adres toe te kennen aan de eerste rechthebbende aanvrager is om die redenen geen redelijke beleidsbepaling en kan daarom niet worden toegepast. De rechtbank verklaart deze daarom onverbindend wegens strijd met het gelijkheidsbeginsel. De gemeente moet nu een nieuw besluit nemen op het bezwaar van de inwoner. Daarbij moet de gemeente deze uitspraak van de rechtbank in het acht nemen.