Voor het jaar 2018 hebben de VNG en het Verbond van Verzekeraars weer een overeenkomst afkoop regresrecht Wet maatschappelijke ondersteuning (ook wel convenant genoemd) afgesloten. Via het regresrecht kan de gemeente de kosten van een Wmo-voorziening verhalen op degene die aansprakelijk is voor het ongeval dat tot beperkingen heeft geleid. Door het afsluiten van voornoemde overeenkomst is het regresrecht voor 2018 opnieuw afgekocht en zien de deelnemende gemeente af van hun recht om de schade te verhalen op de veroorzaker. Het convenant is een overeenkomst tussen de VNG en verzekeraars. Burgers kunnen hier verder geen individuele rechten aan ontlenen.  

De overeenkomst afkoop regresrecht 2015-2016 en de overeenkomst afkoop regresrecht 2017 zijn de twee voorgangers van de huidige overeenkomst. De overgang van de eerste overeenkomst (2015-2016) naar de tweede (2017) is wat stroef verlopen, door een wijziging in het al dan niet opleggen van een eigen bijdrage als sprake is van regresrecht. Dit heeft voor veel onduidelijkheden gezorgd, die wij ook nu nog terugzien bij gemeenten. In het door de VNG opgestelde document ‘Vragen en antwoorden Overeenkomst afkoop regresrecht Wmo 2018’ wordt aandacht besteed aan de eigen bijdrage. Ik zal aan de hand van bovengenoemd document wat meer uitleg geven over het toepassen van de overeenkomsten en de eigen bijdrage als er sprake is van een regresrechtcliënt.

Regresrecht en de Wmo 2015

Een cliënt die naar aanleiding van een ongeval een Wmo aanvraag indient, valt niet per definitie onder één van de afgesloten regresrecht overeenkomsten. De gemeente dient eerst te onderzoeken of het daadwerkelijk om een regrescliënt gaat. Hiervoor is het van belang dat de beperkingen die een cliënt ondervindt, het gevolg zijn van een door een derde veroorzaakt ongeval. Ook dient de gemeente te onderzoeken of de verzekeraar al kosten heeft vergoed aan een desbetreffende cliënt. Dit kan bijvoorbeeld door het opvragen van een schriftelijke verklaring van de verzekeraar.

Als uit onderzoek blijkt dat een cliënt beperkingen ondervindt naar aanleiding van een ongeval dat is veroorzaakt door een derde en nog geen kosten zijn vergoed door de verzekeraar, dan is sprake van een regrescliënt die onder een van de regresovereenkomsten valt.
Als een cliënt al een vergoeding voor de geleden schade heeft ontvangen, zal hij niet onder het regresrecht vallen. De gemeente heeft immers geen verhaalsrecht meer, omdat de schade al is afgewikkeld. De cliënt zal waarschijnlijk ook niet (meer) in aanmerking komen voor een Wmo-voorziening. Hij of zij is immers door de uitgekeerde schadevergoeding al gecompenseerd (zie ECLI:NL:CRvB:2013:776). Het is daarom van groot belang om eerst te beoordelen of een cliënt überhaupt onder een van de regresovereenkomsten valt. Hierna doen de vragen welke overeenkomst van toepassing is en of een eigen bijdrage geldt, zich pas voor.

Datum aanvraag of datum ongeval als uitgangspunt

Voor de vraag of de gemeente een eigen bijdrage kan vragen als er sprake is van regresrecht, moet ze eerst kijken welke overeenkomst van toepassing is op de aanvraag die voorligt.
Voor het vaststellen van de toepasselijke overeenkomst is de datum van het schadeveroorzakend ongeval leidend. De datum van aanvraag heeft hier verder geen invloed op. In het kort wil dit dus zeggen dat wanneer iemand een aanvraag indient in maart 2017 voor een woningaanpassing als gevolg van een ongeval dat heeft plaats gevonden in februari 2015, de aanvraag onder de overeenkomst afkoop regresrecht 2015-2016 valt. De bepalingen die zijn vastgelegd in voornoemde overeenkomst gelden dan voor de desbetreffende aanvraag.
Verder vallen de aanvragen als gevolg van een schadeveroorzakend ongeval dat heeft plaatsgevonden vóór 2015, ook onder de overeenkomst 2015-2016.

Datum van het schadeveroorzakend ongeval is leidend.

Eigen bijdrage vragen?

Wanneer is vastgesteld welke van de drie overeenkomsten van toepassing is, kan gekeken worden of een eigen bijdrage gevraagd kan worden of niet.
Als de overeenkomst 2015-2016 geldt, mogen gemeenten voor voorzieningen van regresrechtcliënten geen eigen bijdrage vragen (dit blijkt uit artikel 4 overeenkomst regresrecht 2015-2016). In de afkoopsom die geldt voor deze overeenkomst (2015-2016) is rekening gehouden met het verlies van inkomsten dat gemeenten zouden kunnen leiden vanwege het niet kunnen vragen van een eigen bijdrage.

In de overeenkomsten die zijn gesloten in 2017 en 2018 is besloten dat gemeenten wel een eigen bijdrage mogen vragen (artikel 4). Deze verandering is doorgevoerd omdat het Ministerie, de VNG gewezen heeft op het feit dat de toegepaste handelswijze in de overeenkomst 2015-2016 in strijd is met de wet. Volgens de wet is het namelijk niet toegestaan om bepaalde categorieën van personen uit te zonderen van de eigen bijdrage. Naar mijn mening een terechte aanpassing.

Gemeenten die een eigen bijdrage vragen voor Wmo-voorzieningen in het algemeen, dienen dus ook een eigen bijdrage te vragen aan regrescliënten (die onder de overeenkomst 2017 of 2018 vallen). De eigen bijdrage kunnen zij vervolgens – voor zover de verzekeraar aansprakelijk is voor de gelede schade- declareren bij de verzekeraar. Regrescliënten die onder de overeenkomst 2017 of 2018 vallen, zullen op deze manier niet voor meer kosten komen te staan dan regrescliënten die onder de overeenkomst 2015-2016 vallen.