Het kabinet wil verduurzamingsactiviteiten die minstens 30% stikstof verminderen vergunningvrij verklaren. Zo kunnen bedrijven en projecten blijven verduurzamen, zonder lange en onzekere vergunningsprocedures. Onlangs is de internetconsultatie over dit voorstel van start gegaan.
Voor veel projecten is het onzeker of het nog mogelijk is om een natuurvergunning te krijgen. Daardoor lopen ze vertraging op of gaan ze helemaal niet meer door. Dit geldt ook voor verduurzamingsactiviteiten die juist op termijn veel stikstof verminderen, zoals de omschakeling naar elektrische treinen, woonwijken die van het gas gaan en overstappen op warmtepompen of veehouders die hun stallen verduurzamen. Het kabinet vindt dit zeer onwenselijk. Met de Algemene maatregel van bestuur (AMvB) ‘vergunningvrije verduurzamingsactiviteiten’ biedt het kabinet verduidelijking op bestaande wetgeving dat bepaalde verduurzamingsactiviteiten vergunningvrij zijn en zo snel mogelijk kunnen worden uitgevoerd.
Voor welke activiteiten geldt de vergunningsvrijstelling?
Deze vergunningvrijstelling geldt alleen voor activiteiten die:
- hetzelfde blijven als de huidige activiteit (dus geen andere functie, zoals kantoren vervangen voor woningen);
- niet groter worden dan de huidige activiteit (een stal verduurzamen mag, maar tegelijkertijd meer dieren houden niet);
- geen negatieve gevolgen hebben voor een Natura 2000-gebied (de overstap van een dieseltrein naar een elektrische trein is bijvoorbeeld toegestaan).
Voorwaarden
De maatregel geldt voor activiteiten die minimaal tot een reductie van 30% leiden ten opzichte van de huidige vergunde situatie. Tijdens de bouw mag de uitstoot tijdelijk wat hoger zijn, bijvoorbeeld door bouwverkeer. Dat mag maximaal 3 jaar duren en niet meer zijn dan 5 keer de uitstoot van de uiteindelijke situatie. Een kleine, tijdelijke toename van stikstofuitstoot is dus toegestaan, maar na de realisatiefase moet er altijd sprake zijn van een permanente daling.