De Europese Commissie wil dat de lucht- en scheepvaart, het wegtransport en de ‘gebouwde omgeving’ fors gaan bijdragen aan het terugdringen van de CO2-uitstoot in Europa. Om dat te bereiken wordt het Europese systeem voor emissiehandel (ETS) uitgebreid en verzwaard. Dat stelt vicevoorzitter Frans Timmermans voor in een megapakket van maatregelen in de strijd tegen klimaatverandering.

Het ETS werd in 2005 ingevoerd en heeft sindsdien, volgens de commissie, gezorgd voor een vermindering van schadelijke emissies door energie-intensieve industrieën en energiebedrijven met 42,6 procent. Dat is niet genoeg om in 2030 de afgesproken 55 procent minder CO2-uitstoot ten opzichte van 1990 in de EU te halen. Volgens Timmermans neemt de uitstoot van broeikasgassen in het transport zelfs toe en moet die sector dus worden aangepakt. “We kiezen voor het ETS omdat je dan de leveranciers belast, de Shells en Totals van deze wereld”. Ook andere sectoren die nu zijn vrijgesteld van CO2-rechten, zoals de cementindustrie, moeten eraan geloven.

De commerciële luchtvaart binnen de EU valt al onder het ETS maar profiteert nu van veel vrijstellingen die tot 2025 vastliggen. Daar wordt geleidelijk een einde aan gemaakt. De commissie stelt voor om de toegestane uitstoot voor de sectoren die onder dit bestaande emissiehandelssyteem vallen met 61 procent ten opzichte van 2005 te verminderen. Daarvoor is het nodig om vanaf 2026 jaarlijks 4,2 procent minder uitstoot toe te staan tegen nu nog jaarlijks 2,2 procent.

De scheepvaart zal worden ondergebracht in het bestaande ETS. Het gaat om grotere schepen die varen binnen de Europese Economische Ruimte (EU plus Noorwegen, IJsland en Liechtenstein) en het systeem gaat ook gelden voor 50 procent van het transport naar en van de EU naar elders.

Voor het wegtransport en de energiebedrijven die de gebouwen verwarmen en verkoelen moet een aparte CO2-markt worden opgezet, vanaf 2026. Het uitgangspunt hierbij is dat niet de eigenaars van (vracht)wagens en huizen direct in hun portemonnee worden geraakt, maar de leveranciers van energie. Het is nog ongewis of en hoeveel die de kosten zullen doorberekenen aan de consument.

Het ETS werkt ongeveer als volgt. Jaarlijks wordt de maximumuitstoot van broeikasgassen voor de deelnemers vastgelegd. Bedrijven moeten het recht om een ton CO2 uit te stoten kopen. Wanneer een bedrijf meer uitstoot dan het rechten heeft, moet het rechten bijkopen maar als het minder is kunnen die worden verkocht.

De commissie wil ook een CO2-heffing ‘aan de grens’ gaan invoeren voor ondernemingen die producten uit landen met minder strenge milieu-eisen inkopen. In 2026 zal dat instrument worden geëvalueerd. Sectoren die nu gratis emissierechten hebben maar worden beschermd door deze nieuwe heffing raken hun vrijstellingen kwijt.