Brabantse melkveehouders krijgen drie maanden langer de tijd om een vergunning aan te vragen voor aanpassingen aan hun stallen om de uitstoot van stikstof te verminderen. Melkveehouders en bedrijven met vleeskalveren moeten de aanvraag voor de vergunning die hiervoor nodig is nu voor 1 januari 2026 hebben ingediend, maakten Gedeputeerde Staten in Noord-Brabant woensdag bekend. Tot nu toe moest dat voor 1 oktober gebeuren.

Het verduurzamen van oudere stallen is een van de manieren om de stikstofuitstoot terug te dringen. Dat is nodig want nu worden vanwege de stikstofproblemen moeizaam vergunningen afgegeven voor zaken als woningbouw. In 2017 is vastgelegd hoe Brabant dat wil aanpakken. “Het pakket maatregelen van het Rijk waar we op hadden gehoopt is niet gepresenteerd op Prinsjesdag. Wij gaan zelf zeker door. We zijn elke dag bezig met wat we zelf kunnen doen”, aldus gedeputeerde Wilma Dirken (stikstof) onlangs in Provinciale Staten. Eerder maakte ze duidelijk dat Brabant “niet in de positie is om nog een paar jaar te wachten met maatregelen”.

De melkvee- en kalverbedrijven zijn de laatste veehouders die hun stallen moeten gaan aanpassen, andere dierhouders moesten daar al eerder een vergunning voor aanvragen. Bedrijven die dat tijdig doen, krijgen niet te maken met handhaving.