De bond voerde, samen met andere vakbonden en jongerenorganisaties, flink actie voor het afschaffen van het minimumjeugdloon. Uiteindelijk besloot minister Lodewijk Asscher (Werkgelegenheid) op 21 april 2016 het jeugdloon stapsgewijs af te schaffen voor jongeren tussen de 21 en 23 jaar. Voor mensen onder de 21 geldt er dus nog wel een minimumjeugdloon dat lager ligt dan het minimumloon voor volwassenen.

De strijd is nog niet gestreden, stelt FNV Jong-voorzitter Bas van Weegberg. “Jongeren krijgen nog te vaak te maken met een oerwoud van flexcontracten, torenhoge studieschulden en tot ons 21e nog steeds geen volwassen loon. Terwijl we wel hetzelfde werk doen als volwassenen”, benadrukt hij. “Uiteindelijk moeten alle 18-plussers een volwassen loon krijgen. We zijn op de goede weg, maar de komende tijd gaan we ons beraden op vervolgplannen om de strijd aan te gaan voor een beter inkomen voor alle jongeren in Nederland.”