De cao-lonen namen in 2016 in doorsnee met 1,9 procent toe. In de zes voorgaande jaren bleef de stijging beperkt tot tussen 0,9 en 1,4 procent.

De loonstijging was vorig jaar aanzienlijk sterker dan de inflatie. Die graadmeter voor de stijging van de consumentenprijzen bleef met 0,3 procent steken op het laagste niveau sinds 1987. Daardoor nam de koopkracht flink toe. Het verschil tussen de loon- en de prijsstijgingen liep in de tweede helft van het jaar wel terug, omdat de inflatie langzaam is begonnen aan een opmars.

De sterkste gemiddelde loonstijging was zichtbaar bij de overheid. Daar stegen de cao-lonen in doorsnee met 3,4 procent, vooral dankzij de ontwikkelingen in het onderwijs. Andere bedrijfstakken waar de lonen flink stegen waren de bouw en de verhuur en handel van onroerend goed. In de financiële dienstverlening bleef de toename het meest beperkt.