Het gaat om een groep jongvolwassenen die hard getroffen is door de crisis. Met de crisis nam niet alleen de werkgelegenheid af, de daling van het aantal BBL-plaatsen (de combinatie van leren en werken in het mbo) heeft ook de weg naar het mbo voor velen afgesneden. Anders dan jongeren tot 23 jaar kunnen 23-plussers minder eenvoudig een opleiding in de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL) inruilen voor een opleiding in de Beroeps Opleidende Leerweg (BOL). Zij dragen vaak al de verantwoordelijkheden van een volwassen leven (gezin, huis) en hebben daarom voldoende inkomen nodig. Dat verklaart hun voorkeur voor de BBL. Studiefinanciering is vaak onvoldoende waardoor de BOL geen reëel alternatief is.

BOL-opleidingen
Daarnaast wijst het onderzoek uit dat de meeste BOL-opleidingen niet ingericht zijn op de 23-plussers. Veelal is de organisatie onvoldoende gericht op maatwerk, flexibele instroom, versnelde trajecten of speciaal op volwassenen gerichte vormen. Soms is men ook bevreesd dat de jongvolwassenen, vanwege hun achtergrond, extra begeleiding vragen en een groter uitvalrisico hebben.

Diversiteit en maatwerk
Waar sommige van deze 23-plussers geholpen zijn met een kleine duw in de rug, is voor anderen meer nodig. Bij hen is er sprake van hardnekkige, zware en complexe problematiek. Zonder inkomen is er nauwelijks zicht op het oplossen van hun problemen, maar omgekeerd blokkeren de problemen vaak de weg naar werk of naar een opleiding. De groep van tienduizenden 23-plussers is al met al zeer divers. Dat betekent dat ook in de oplossingen gezocht moet worden naar diversiteit en maatwerk.

Regionale samenwerking
Herstel en vernieuwing van de BBL en het vergroten van de toegankelijkheid van de BOL zullen het perspectief van de 23-plussers met lichtere problematiek doen verbeteren. De sleutel lijkt te liggen bij meer en betere regionale samenwerking. Voor de 23-plussers met zware problematiek is er meer en iets anders nodig. Zij kunnen of willen geen meerjarig onderwijstraject meer beginnen. Zij zijn geholpen met alternatieve opleidingsroutes; korte opleidingsmodulen met certificering. Verder moet de begeleiding van deze jongvolwassenen anders en beter: persoonlijker, (op momenten) intensiever en met meer continuïteit

Beleid voor doelgroep
Dit onderzoek focust op 23- tot 27-jarigen, maar het beleid moet continu zijn en beginnen bij 23-min. en doorgaan na 27 jaar, indien nodig. Door middel van een goede samenwerking moet voorkomen worden dat deze doelgroep tussen wal en schip valt’ aldus Marianne Zoetmulder, programmamanager Leren en werken.