De Utrechtse jeugdregio’s maken meerjarige afspraken op bovenregionaal niveau, waarbij de inzet is dat getransformeerde zorg steeds meer vorm krijgt op regionaal en lokaal niveau.

Enkele citaten uit het interview met Fleur Imming, wethouder Zorg, wonen en wijkvoorzieningen bij gemeente Amersfoort en bestuurlijk trekker van de bovenregionale Zorg voor Jeugd, en Annelies Tukker, bovenregionaal procesbegeleider van de Utrechtse Zorg voor Jeugd:

  • De regio’s zijn aan zet om getransformeerde zorg vorm te geven, waardoor een deel van de bestaande bovenregionale zorgvormen overbodig wordt of er inhoudelijk anders gaat uitzien.
  • Met een aantal aanbieders over essentiële functies zijn afspraken over basisbeschikbaarheid. Deze afspraak geeft aanbieders enige zekerheid in een fase waarin af- en ombouw wordt gevraagd.
  • Er zal altijd verkeer zijn tussen jongeren uit de verschillende regio’s. De vraag is hoe we dat in de toekomst, met nieuwe kleinschaliger zorgvormen gaan monitoren en hoe regio’s zich dan tot elkaar gaan verhouden.

We zijn nog een peuter!

Fleur Imming: ‘Als we de duur van decentralisaties omzetten naar levensjaren, zijn we nu een peuter. We hebben ook de tijd nodig om tot wasdom te komen. Aan ons als bestuurders om met elkaar te tonen dat we durven en dat we de passende zorg en ondersteuning voor kind en ouders kunnen organiseren.’

‘Dat betekent in de onderlinge samenwerking dat je over je schaduw heen moet stappen, en soms het lokale of regionale belang opzij moet zetten. Mijn advies is om juist wél aan ‘naming & shaming’ te doen, op een constructieve manier. We moeten weten van elkaar waar het goed en niet goed gaat, om vervolgens met elkaar de verantwoordelijkheid te pakken en om van elkaar te leren.’

Lessen uit Utrechtse jeugdregio’s over bovenregionale samenwerking:

  • Start niet bovenregionaal met het bepalen van het doel. Werk van onderaf, bouw met elkaar aan een stevig fundament.
  • Tast de autonomie van gemeenten en jeugdregio’s niet aan.
  • Maak duidelijk wat je met wie aan welke tafel gaat doen.
  • Beredeneer vanuit belang van de transformatie, je wilt beweging realiseren en tegelijk flexibiliteit houden.
  • Zorg voor zelfreflectie: doen we als gemeente, jeugdregio en bovenregionale samenwerking nog het goede? Of zijn we stiekem vooral brandjes aan het blussen?
  • Als bestuurder: zorg dat je scherp hebt op welke momenten je als bestuurder aan zet bent. Daarbij helpt een gemeenschappelijke agenda.

Lessen uit Utrechtse jeugdregio’s over samenwerking met aanbieders:

  • Zorg dat je elkaar kent en investeer in het goede contact.
  • Aanbieders en gemeenten staan samen aan de lat om passende jeugdzorg te realiseren. Betrek aanbieders bij de inhoudelijke beweging die je als jeugdregio’s nastreeft.
  • Leg geen eindplaatje voor, maar bereik samen overeenstemming over inhoudelijke uitgangspunten en benoem ambities. Aan aanbieders is het om duidelijk te stellen wat ze nodig hebben om verantwoord af te kunnen transformeren.