De provincies Drenthe, Overijssel en Limburg willen het uitwisselen van elektriciteit met Duitse buurgemeenten bij wijze van proef mogelijk maken. Het gaat daarbij om het over de grens heen uitwisselen van hernieuwbare elektriciteit, maar daartoe is een aanpassing nodig van de wetgeving. De drie provincies doen, samen met de grensgemeenten Emmen, Losser en Kerkrade, een oproep aan minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat deze drie gemeenten aan te wijzen als experimenteergebied.

Het uitwisselen van elektriciteit kan een oplossing zijn voor de problemen met de netcapaciteit in de grensgebieden. Ook draagt zo’n uitwisseling bij aan een zuinig en efficiënt ruimtegebruik, aldus de provincies en gemeenten dinsdag in een gezamenlijke verklaring.
Aan beide zijden van de grens zijn er problemen met overbelasting van het elektriciteitsnet. Als die extra stroom aan beide zijden van de grens kan worden benut, zouden de problemen een stuk kleiner zijn. Maar het mag niet. Dat komt door de huidige wet- en regelgeving. Ook hebben Nederland en Duitsland geen verdrag om de subsidies voor wind- en zonne-energie uitwisselbaar te maken.
Gemeenten en provincies vragen Wiebes het experiment af te stemmen met de Europese Commissie, Duitse betrokken instanties en overheden, en de Autoriteit Consument en Markt.

Het experiment moet drie proeven mogelijk maken. Door het koppelen van de regionale netten in Emmen en de Duitse buur Haren kunnen de problemen met netcapaciteit aan beide zijden van de grens kunnen worden verminderd en de aanwezige zon- en windparken efficiënter worden ingezet. De gemeenten Losser en het Duitse Bad Bentheim kunnen een gezamenlijk energiepark ontwikkelen. En Kerkrade kan dan gebruikmaken van een naburig Duits energiepark bij Herzogenrath.