De grootste wetswijziging sinds 1848, de Omgevingswet, wordt opnieuw uitgesteld. Een verantwoorde inwerkingtreding volgend jaar is onder meer door alle maatregelen in verband met de coronacrisis niet meer mogelijk, aldus minister Stientje van Veldhoven (Wonen en Milieu).

De wet vereenvoudigt de regels voor ruimtelijke ordening en leefomgeving. Met de komst van de Omgevingswet worden 26 wetten ineengeschoven. De nieuwe wet moet leiden tot snellere procedures, bijvoorbeeld om een vergunning voor een verbouwing te krijgen.

De coronacrisis is echter niet het enige probleem voor de invoering van de Omgevingswet. Er zijn ook problemen met de ICT. Uit onderzoek blijkt dat voor de invoering van het digitale loket (DOS) voor gemeenten voor onder meer het aanvragen van vergunningen “nog flink wat stappen” gezet moeten worden, aldus de bewindsvrouw.

Maar er zijn meer redenen voor uitstel. Zo is er bijvoorbeeld vertraging in de verwerving van lokale software. Critici van het wetsvoorstel vrezen een juridische chaos en hoge kosten. Ook zou het er door de voorgestelde wetgeving niet overzichtelijker op worden.

De invoering van de nieuwe wet is een enorme operatie voor gemeenten, provincies en waterschappen. Van Veldhoven wil hun “een duidelijk signaal” geven door deze overheden nu eerst de ruimte geven om zich te richten op de bestrijding van het coronavrius.

Ze gaat overleggen met onder meer gemeenten over een nieuwe datum. “Daarbij hecht ik eraan te benadrukken, dat het niet gaat over de vraag of het stelsel in werking treedt, maar wanneer”, schrijft ze aan de Tweede Kamer. Het oorspronkelijke plan was dat de wet al in 2018 in werking zou treden.